Iedere keer weer
De ontdekking van het relatief nieuwe begrip Levend verlies was een grote opluchting voor mij. Ik las dat als je slechtziend of blind wordt, je moet leven met een levend verlies, een verlies dat geen eindpunt kent. Het betekent regelmatige confrontaties met het verlies en als gevolg daarvan rouwprocessen. Mijn opluchting werd veroorzaakt door de erkenning dat wat ik zo vaak doormaak eigenlijk heel normaal is, erbij hoort. Het ligt dus niet aan mij.
De meeste mensen, inclusief ik zelf tot voor kort, verwachten dat je ermee leert leven, maar wat is dat? Je past je leven aan, accepteert het en dan laat je de verwerking van het verlies achter je, zo is de redenatie.
Ik heb ervaren dat je wel kunt leren die beperking te integreren in je leven, te accepteren dat die beperking deel wordt en blijft van jouw leven. Maar je kunt onmogelijk alle consequenties die het leven met een beperking heeft overzien en aanvaarden. Levend verlies betekent dat je moet leren leven met pieken en dalen in je gevoelsleven door een regelmatige pijnlijke confrontatie met je beperking en wat dat betekent voor je dagelijks leven. Hierdoor kom je regelmatig in een rouwproces terecht. Dat kan een minuut duren, of soms een paar weken.
Nooit klaar
Wat ik zo moeilijk vind is mezelf keer op keer toestaan boos, somber, verdrietig te zijn. Want juist dat het iedere keer weer terugkomt, het zich herhaalt, is zo lastig. De gedachte, de onbewuste overtuiging dat het toch op een gegeven moment klaar moet zijn, is heel hardnekkig. Bij mij in ieder geval. Dus als ik weer een tijdje in mijn hoofd bezig ben met de moeite die me alles kost, met wat ik allemaal niet meer kan, met het missen van kleuren en beelden, dan is er weer zo'n periode aangebroken. Of ik word geconfronteerd met iets niet kunnen of ergens niet aan mee kunnen doen omdat ik blind ben. Ik probeer het weg te redeneren, mezelf toe te spreken, me te richten op leuke dingen, mezelf af te leiden. Maar uiteindelijk kom ik toch uit op hetzelfde punt. Mezelf toestaan dat er getreurd moet worden. Dat ik verdrietig mag zijn, en boos, en gefrustreerd. En dat ik dat iedere keer weer eerst belachelijk en ongeoorloofd vind. Dat ik toch beter zou moeten weten, dat ik er toch klaar mee zou moeten zijn. Maar zo werkt het dus niet. Als mijn abonnement op verliesverwerking zich weer aandient, mag ik mezelf toestaan te balen, verdrietig te zijn en alles wat ik zo mis even hartgrondig te missen. Of te voelen dat het pijn doet dat ik ergens niet aan mee kan doen of heel veel moeite, tijd en energie kwijt ben met iets dat voor ziende mensen vanzelfsprekend en eenvoudig is. En voor mij ook ooit zo was.
Onbekendheid
In onze samenleving is nog niet zo veel bekend over levend verlies. Dat maakt het soms moeilijk voor degene die ermee te maken heeft. Begrijpen wat je overkomt helpt je ermee om te gaan. Maar ook steun en begrip van je omgeving, van vrienden, familie of buren, en tevens van zorgverleners, is belangrijk om te kunnen leren leven met de beperking en de terugkerende moeilijke momenten.
Als de samenleving leert om hiermee om te gaan, zou dat betekenen dat je op moeilijke momenten begrip krijgt in plaats van onbegrip. Het begrip dat het niet gaat om te stoppen met verwerking van een beperking maar om verder te leven met een levend verlies. Je kunt hiermee leven door die werkelijkheid onder ogen te zien. Die pijn te ervaren. En je aan te passen aan die werkelijkheid. Iedere keer weer opnieuw. Dat gaat veel beter in een omgeving die dit begrijpt en er tevens begrip voor opbrengt. Iedere keer weer, als de frustratie of het gemis de kop opsteekt. |